Note: This is a draft; it is messy and not ready for the ‘general public’ yet!
Incidenten en sterfgevallen in Nederland
In deze berekeningen wordt gerekend met het aantal inwoners in Nederland dat op 1 januari 2016 een leeftijd van 18 jaar of ouder had, omdat dat de groep is waarvoor CBS prevalenties beschikbaar heeft. Dit zijn 13562539 mensen ([Bevolking; geslacht, leeftijd en burgerlijke staat, 1 januari, CBS] (https://opendata.cbs.nl/statline/#/CBS/nl/dataset/7461bev/table?dl=6596&ts=1548663473942)). Verder word de Nationale Drugs Monitor 2017 gebruikt.
Wat weten we over gebruikspatronen?
Een discussie over incidenten en sterfgevallen is niet zinvol zonder inkadering in de context. In 2016 zijn bijvoorbeeld 5600 mensen opgenomen met een alcoholvergiftiging; nog eens 16300 mensen zijn op een spoed-eisende hulp (SEH) behandeld aan een letsel dat zijzelf veroorzaakten door een incident of geweld door alcohol; en in 2014 overleden 882 mensen met alcoholgebruik als primaire doodsoorzaak. Alcohol wordt echter ook door ongeveer 80% van de bevoking gebruikt: relatief is de kans dus relatief laag ondanks deze hoog lijkende absolute frequenties. Belangrijker is dat de kans op alcoholvergiftging, net als de kans op vergiftiging met andere stoffen, sterk afhankelijk is van de dosis. Als iemand elke maand een keer vijf glazen alcohol drinkt is dat minder gezond dan helemaal niet drinken, maar de kans op een incident is verwaarloosbaar in vergelijking met iemand die elke week twee keer 15 glazen alcohol drinkt. De context is dus cruciaal.
Hoeveel mensen gebruiken XTC?
Hier is ook informatie over bij XTC-gebruik. Het CBS rapporteert dat 2.9% van de Nederlanders van 18 jaar of ouder in 2016 aangaf het laatste jaar XTC te hebben gebruikt (Leefstijl en (preventief) gezondheidsonderzoek, CBS). Gegeven de gebruikspatronen bij XTC (zie onder) kan deze groep als XTC-gebruiker worden aangemerkt. Gegeven dat er in 2016 in Nederland 13562539 mensen woonden, zijn dit 393313.631 gebruikers (.029 * 13562539).
Er zijn nog twee andere belangrijke stukjes informatie die nodig zijn om zinnig over incidenten en sterfgevallen te kunnen nadenken, en deze betreffen de gebruikspatronen: hoe vaak gebruiken mensen (frequentie) en hoe veel gebruiken mensen (intensiteit)? Frequentie is belangrijk omdat er per gebruiksgelegenheid een gegeven kans is op een incident of overlijden, dus als frequentie stijgt, stijgt ook de kans op incidenten of sterfgevallen. Intensiteit is belangrijk omdat de kans op een incident of overlijden bij XTC, net als bij andere drugs zoals alcohol, dosis-afhankelijk is: bij een verwaarloosbare dosis is de kans 0, bij een duidelijke overdosis is de kans 1, en daar tussenin loopt die kans op (e.g. als een sigmoïde).
Er zijn drie belangrijke bronnen van informatie over gebruikspatronen: de Global Drug Survey (GDS), het Grote Uitgaans Onderzoek (GUO), en Party Panel. De patronen die worden gevonden zijn steeds vergelijkbaar (zie ook deze post).
Een probleem van de de steekproeven van GDS en GUO is dat deze studies over middelengebruik gaan, en daarom geen representatieve steekproef werven: er vindt zelfselectie plaats, en het is aannemelijk dat die plaatsvindt op basis van bovengemiddelde affiniteit met het onderwerp. Kortom: de gerapporteerde gebruiksfrequenties zijn waarschijnlijk overschattingen. De laatste Party Panel ronde heeft hier minder last van, omdat deze ronde, en de twee voorgaande rondes, niet over middelen gingen. Hier worden dan ook iets lagere frequenties gevonden. Dit is echter een relatief kleine steekproef, dus ik reken hier verder met de lijn uit de andere steekproeven. Dit betekent wel dat we uitkomen op overschattingen van de gebruikspatronen: mensen gebruiken waarschijnlijk minder frequent (en intens) dan hier wordt berekend.
Hoe vaak gebruiken mensen XTC?
Frequentie van gebruik is in Party Panel in 2015, 2016, en 2018 gemeten. We kunnen deze frequenties indelen in categorieën. Ik gebruik hier vier categorieën. De eerste bestaat uit de sporadische gebruikers, die maximaal 2 keer per jaar gebruiken. De tweede bestaat uit weiniggebruikers, die zich houden aan de meest conservatieve interpretatie van de richtlijn om niet vaker te gebruiken dan elke 4-6 weken. Dit zijn dus de mensen die 3 tot 8 keer per jaar gebruiken. De derde bestaat uit gemodereerde gebruikers, die diezelfde richtlijn juist zo liberaal mogelijk interpreteren en dus 9 tot 12 keer per jaar gebruiken. Tot slot onderscheid ik de vaakgebruikers, die vaker dan elke maand gebruiken (dus 13 keer per jaar of vaker).
Ingedeeld in deze categorieën laat elke Party Panel ronde de volgende frequenties zien:
15 |
114 |
262 |
113 |
84 |
16 |
153 |
276 |
119 |
103 |
18 |
38 |
58 |
19 |
22 |
15 |
20 |
46 |
20 |
15 |
16 |
24 |
42 |
18 |
16 |
18 |
28 |
42 |
14 |
16 |
Registered S3 methods overwritten by 'ufs':
method from
pander.crossTab rosetta
pander.freq rosetta
print.crossTab rosetta
print.freq rosetta
Sporadische gebruikers Weiniggebruikers Gemodereerde gebruikers
15 114 262 113
16 153 276 119
18 38 58 19
Vaakgebruikers
15 84
16 103
18 22
Cramér's V 95% confidence interval (point estimate = .05):
Using Fisher's z: [0; .1]
Chi-square[6] = 6.93, p = .327
Omdat deze verdelingen praktisch hetzelfde zijn, kunnen we ze combineren om tot een iets betere schatting te komen:
Sporadische gebruikers |
305 |
Weiniggebruikers |
596 |
Gemodereerde gebruikers |
251 |
Vaakgebruikers |
209 |
Sporadische gebruikers |
22 |
Weiniggebruikers |
44 |
Gemodereerde gebruikers |
18 |
Vaakgebruikers |
15 |
.
Party Panel 15.1 (2015):
Sporadische gebruikers |
114 |
19.9 |
19.9 |
19.9 |
Weiniggebruikers |
262 |
45.7 |
45.7 |
65.6 |
Gemodereerde gebruikers |
113 |
19.7 |
19.7 |
85.3 |
Vaakgebruikers |
84 |
14.7 |
14.7 |
100.0 |
Total valid |
573 |
100.0 |
100.0 |
|
Party Panel 16.1 (2016):
Sporadische gebruikers |
153 |
23.5 |
23.5 |
23.5 |
Weiniggebruikers |
276 |
42.4 |
42.4 |
65.9 |
Gemodereerde gebruikers |
119 |
18.3 |
18.3 |
84.2 |
Vaakgebruikers |
103 |
15.8 |
15.8 |
100.0 |
Total valid |
651 |
100.0 |
100.0 |
|
Party Panel 18.1 (2018):
Sporadische gebruikers |
38 |
27.7 |
27.7 |
27.7 |
Weiniggebruikers |
58 |
42.3 |
42.3 |
70.1 |
Gemodereerde gebruikers |
19 |
13.9 |
13.9 |
83.9 |
Vaakgebruikers |
22 |
16.1 |
16.1 |
100.0 |
Total valid |
137 |
100.0 |
100.0 |
|
Ruwe gebruiksfrequenties uit Party Panel.
1 |
305 |
22.4 |
22.4 |
22.4 |
2 |
294 |
21.6 |
21.6 |
44.0 |
3 |
196 |
14.4 |
14.4 |
58.4 |
4 |
106 |
7.8 |
7.8 |
66.2 |
5 |
53 |
3.9 |
3.9 |
70.1 |
6 |
198 |
14.5 |
14.5 |
84.6 |
7 |
17 |
1.2 |
1.2 |
85.9 |
8 |
21 |
1.5 |
1.5 |
87.4 |
9 |
9 |
0.7 |
0.7 |
88.1 |
10 |
9 |
0.7 |
0.7 |
88.8 |
11 |
1 |
0.1 |
0.1 |
88.8 |
12 |
87 |
6.4 |
6.4 |
95.2 |
14 |
2 |
0.1 |
0.1 |
95.4 |
15 |
8 |
0.6 |
0.6 |
96.0 |
16 |
1 |
0.1 |
0.1 |
96.0 |
17 |
1 |
0.1 |
0.1 |
96.1 |
18 |
26 |
1.9 |
1.9 |
98.0 |
20 |
5 |
0.4 |
0.4 |
98.4 |
24 |
4 |
0.3 |
0.3 |
98.7 |
25 |
1 |
0.1 |
0.1 |
98.8 |
26 |
11 |
0.8 |
0.8 |
99.6 |
30 |
1 |
0.1 |
0.1 |
99.6 |
36 |
1 |
0.1 |
0.1 |
99.7 |
52 |
2 |
0.1 |
0.1 |
99.9 |
60 |
1 |
0.1 |
0.1 |
99.9 |
78 |
1 |
0.1 |
0.1 |
100.0 |
Total valid |
1361 |
100.0 |
100.0 |
|
Hoeveel XTC gebruiken mensen?
Niet alleen gebruiksfrequentie is belangrijk voor het risico op incidenten en overlijden, gebruiksintensiteit is dat ook. Het is daarom ook belangrijk om te weten hoeveel XTC mensen gebruiken. Hierbij is de norm om in een gebruiksgelegenheid maximaal 1 - 1.5 milligram MDMA per kilo lichaamsgewicht te gebruiken om de risico’s te minimaliseren en de positieve effecten te optimaliseren.
Sporadische gebruikers Weiniggebruikers Gemodereerde gebruikers
0.224100 0.437913 0.184423
Vaakgebruikers
0.153564
freqsLong$cat: Sporadische gebruikers
[1] 2
------------------------------------------------------------
freqsLong$cat: Weiniggebruikers
[1] 5.36913
------------------------------------------------------------
freqsLong$cat: Gemodereerde gebruikers
[1] 11.5777
------------------------------------------------------------
freqsLong$cat: Vaakgebruikers
[1] 28.488
0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 14 15 18 20 25 26
0 111 0 0 0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
1 58 114 124 96 42 21 91 7 7 3 5 1 36 1 3 11 3 1 3
30 52 60
0 0 0 0
1 1 1 1
<= 120mg 120-170mg >= 170mg
118 66 104
<= 120mg 120-170mg >= 170mg
0.409722 0.229167 0.361111
Incidenten per gebruikersgroep
Sporadische gebruikers |
15.0582 |
30.1165 |
60.233 |
Weiniggebruikers |
40.4248 |
80.8496 |
161.699 |
Gemodereerde gebruikers |
87.1698 |
174.3397 |
348.679 |
Vaakgebruikers |
214.4899 |
428.9799 |
857.960 |
Incidenten per 10.000 gebruikers in elke gebruikersgroep
Sporadische gebruikers |
4 |
12 |
36 |
Weiniggebruikers |
6 |
22 |
21 |
Gemodereerde gebruikers |
52 |
142 |
91 |
Vaakgebruikers |
200 |
931 |
559 |
Intensiteit Frequentie Freq xMargins yMargins
1 <= 120mg Sporadisch 0.1120321 0.381742 0.228216
2 120-170mg Sporadisch 0.0705403 0.215767 0.228216
3 >= 170mg Sporadisch 0.0456431 0.402491 0.228216
4 <= 120mg Weinig 0.1950211 0.381742 0.506223
5 120-170mg Weinig 0.0995835 0.215767 0.506223
6 >= 170mg Weinig 0.2116183 0.402491 0.506223
7 <= 120mg Gem. 0.0456431 0.381742 0.182572
8 120-170mg Gem. 0.0331945 0.215767 0.182572
9 >= 170mg Gem. 0.1037349 0.402491 0.182572
10 <= 120mg Vaak 0.0290459 0.381742 0.082989
11 120-170mg Vaak 0.0124486 0.215767 0.082989
12 >= 170mg Vaak 0.0414945 0.402491 0.082989
Warning in ggplot2::geom_bar(stat = "identity", ggplot2::aes(width =
marginVar1), : Ignoring unknown aesthetics: width
De voorkeursdosis (gebruiksintensiteit) voor de deelnemers aan Party Panel 15.1 is te zien in Figuur @ref(fig:scatterplot-frequency-intensity). Hier is duidelijk zichtbaar dat deze voorkeursdosis, net als voorkeursfrequentie, rechtsscheef is: de veel gebruikers zitten onder de 100 milligram, en er zijn maar relatief weinig die boven de 150 milligram uitkomen.
In Figuur @ref(fig:scatterplot-frequency-intensity) is de gerapporteerde gewenste dosis afgezet tegen de gerapporteerde frequentie van gebruik voor de deelnemers die beiden rapporteerden in Party Panel 15.1.
`geom_smooth()` using formula = 'y ~ x'
Zoals gezegd is gewicht ook belangrijk, en een deel van de deelnemers aan Party panel heeft ook hun gewicht gerapporteerd. Op basis daarvan zijn in Figuur @ref(fig:freq-dose-weight) de deelnemers ingekleurd op basis van hun gewicht.
`geom_smooth()` using formula = 'y ~ x'
Warning: The following aesthetics were dropped during statistical transformation: colour
and fill.
ℹ This can happen when ggplot fails to infer the correct grouping structure in
the data.
ℹ Did you forget to specify a `group` aesthetic or to convert a numerical
variable into a factor?
Het aanbevolen verband tussen intensiteit en gewicht lijkt niet overduidelijk aanwezig (dan zouden de lager gelegen stippen vooral paars zijn; de middengelegen stippen blauwgroen; en de hoogstgelegen stippen geel).
Op basis van deze gegevens kunnen we berekenen hoeveel mensen in verschillende doses doseren. In de Nationale Drug Monitor staat een fout waar Brunt, Koeter, Niesink & van den Brink (2012) worden aangehaald:
Bij ecstasytabletten met meer dan 100 mg MDMA beginnen zelf-gerapporteerde ongewenste bijwerkingen de gewenste subjectieve effecten te overheersen (Brunt et al., 2012). Boven 180 mg hebben de bijwerkingen vaak geheel de overhand.
Dit is echter niet wat Brunt et al. rapporteren; dit is duidelijk zichtbaar in hun Figuur 2, hier gereproduceerd in Figuur @ref(fig:fig-from-brunt-et-al):
Warning: Using `size` aesthetic for lines was deprecated in ggplot2 3.4.0.
ℹ Please use `linewidth` instead.
De positieve effecten zijn maximaal bij ongeveer 90 milligram, maar blijven nog tot ongeveer 170 milligram de negatieve effecten overheersen. De negatieve effecten beginnen pas bij 120 milligram te stijgen; tot die dosis verschillen de negatieve effecten niet significant van het niveau bij een dosis van 0 milligram.
De negatieve effecten stijgen langzaam tot ongeveer 160 milligram, waarna hun toename versnelt. De dosis waar de kansen op negatieve effecten en op positieve effecten elkaar kruisen, ongeveer 170 milligram MDMA, is bovendien ongeveer waar 50% kans is op zowel positieve effecten als negatieve effecten.
Twee redelijke categorisaties van dosering lijken dus 120 milligram (als de negatieve effecten starten) en 170 milligram (als de kans op negatieve effecten ongeveer 50% is, en de kans op positieve effecten begint te overstijgen). 120 milligram is de bovengrens van de geadviseerde dosering voor mensen van 80 kilo (of zwaarder). 170 milligram is de bovengrens van de geadviseerde doserng voor mensen van 115 kilo (of zwaarder). Dit lijken dus relatief conservatieve grenswaarden; het is plausibel dat deze voor de meeste mensen het risico op incidenten nog niet aanzienlijk verhogen.
<= 120mg |
118 |
15.9 |
41.0 |
41.0 |
120-170mg |
66 |
8.9 |
22.9 |
63.9 |
>= 170mg |
104 |
14.0 |
36.1 |
100.0 |
Total valid |
288 |
38.7 |
100.0 |
|
NA (missing) |
456 |
61.3 |
|
|
Total |
744 |
100.0 |
|
|
41 procent van de deelnemers aan Party Panel 15.1 gaf aan het liefst een dosis van maximaal 120 milligram MDMA te gebruiken, 22.9 procent gebruikte het liefst een dosis tussen de 120 en 170 milligram, en 36.1 procent gebruikte het liefst een dosis waarbij volgens de resultaten van Brunt et al. de kans op negatieve effecten groter is dan de kans op positieve effecten (hoger dan 170 milligram). Omdat een aantal deelnemers ook hun gewicht had gerapporteerd, kunnen we het gemiddelde gewicht in deze drie categorieën bekijken: dit is respectievelijk 70.3kg, 74.8kg, en 77.6kg - een lichte toename, maar gemiddeld genomen lijkt de 36.1 procent Party Panel 15.1 deelnemers die meer dan 170 mg gebruikt fors meer te gebruiken dan de richtlijn van 1-1.5mg MDMA per kg lichaamsgewicht.
Gebruikspatronen: samenvatting
De meeste mensen gebruiken enkele keren per jaar XTC:
Frequentieklassen.
Sporadische gebruikers |
305 |
Weiniggebruikers |
596 |
Gemodereerde gebruikers |
251 |
Vaakgebruikers |
209 |
Frequentieklassen.
Sporadische gebruikers |
22 |
Weiniggebruikers |
44 |
Gemodereerde gebruikers |
18 |
Vaakgebruikers |
15 |
En de meeste mensen gebruiken een dosis waarbij de positieve effecten de negatieve effecten overheersen:
Gegeven deze onevenredige verdeling van gebruiksfrequentie en dosering is de kans op een incident of sterfgeval voor de modale gebruiker dus een fractie van de kans voor vaakgebruikers, de 4.8% die elke maand of vaker gebruikt, of veelgebruikers, de 36.1% die 170 milligram MDMA of meer gebruikt per gebruiksgelegenheid. Deze inzichten maken het straks mogelijk om de kans op incidenten te berekenen per jaar per XTC-gebruiker.
Rapportage over incidenten
Zoals in de Nationale Drug Monitor 2017 wordt gerapporteerd (p. 181) werden er in 2016 in totaal 5 654 incidenten gemeld, waarvan in 1275 gevallen alleen XTC werd gerapporteerd (waarvan in een onbekend aantal gevallen in combinatie met alcohol; overigens betrof dit zelfrapportage).
Per gebruiksgelegenheid is de kans op een incident dus 1275 gedeeld door 3146509.048, oftewel 0.000405, oftewel 0.041 procent (grofweg 1 op 2500).
Dit kunnen we in context plaatsen door deze gebruiksgelegenheden te vergelijken met de frequentieklassen. Om dit zorgvuldig te doen gaan we eerst terug naar de ruwe gerapporteerde gebruiksfrequenties, die we vermenigvuldigen met de kans op een incident per gebruiksgelegenheid. Dat geeft ons de kans op een incident per gebruiker per jaar, apart voor gebruikers met verschillende gebruiksfrequenties:
Ruwe gebruiksfrequenties met kansen op een incident.
1 |
305 |
22.4 |
22.4 |
0.000405 |
2468 |
2 |
294 |
21.6 |
44.0 |
0.000810 |
1234 |
3 |
196 |
14.4 |
58.4 |
0.001216 |
823 |
4 |
106 |
7.8 |
66.2 |
0.001621 |
617 |
5 |
53 |
3.9 |
70.1 |
0.002026 |
494 |
6 |
198 |
14.5 |
84.6 |
0.002431 |
411 |
7 |
17 |
1.2 |
85.9 |
0.002836 |
353 |
8 |
21 |
1.5 |
87.4 |
0.003242 |
308 |
9 |
9 |
0.7 |
88.1 |
0.003647 |
274 |
10 |
9 |
0.7 |
88.8 |
0.004052 |
247 |
11 |
1 |
0.1 |
88.8 |
0.004457 |
224 |
12 |
87 |
6.4 |
95.2 |
0.004863 |
206 |
14 |
2 |
0.1 |
95.4 |
0.005673 |
176 |
15 |
8 |
0.6 |
96.0 |
0.006078 |
165 |
16 |
1 |
0.1 |
96.0 |
0.006483 |
154 |
17 |
1 |
0.1 |
96.1 |
0.006889 |
145 |
18 |
26 |
1.9 |
98.0 |
0.007294 |
137 |
20 |
5 |
0.4 |
98.4 |
0.008104 |
123 |
24 |
4 |
0.3 |
98.7 |
0.009725 |
103 |
25 |
1 |
0.1 |
98.8 |
0.010130 |
99 |
26 |
11 |
0.8 |
99.6 |
0.010535 |
95 |
30 |
1 |
0.1 |
99.6 |
0.012156 |
82 |
36 |
1 |
0.1 |
99.7 |
0.014588 |
69 |
52 |
2 |
0.1 |
99.9 |
0.021071 |
47 |
60 |
1 |
0.1 |
99.9 |
0.024313 |
41 |
78 |
1 |
0.1 |
100.0 |
0.031606 |
32 |
Total valid |
1361 |
100.0 |
|
0.000000 |
Inf |
Sporadische gebruikers |
27 |
17 |
11 |
Weiniggebruikers |
47 |
24 |
51 |
Gemodereerde gebruikers |
11 |
8 |
25 |
Vaakgebruikers |
7 |
3 |
10 |
We kunnen dit ook uitdrukken in percentages:
Sporadische gebruikers |
9.38 |
5.90 |
3.82 |
Weiniggebruikers |
16.32 |
8.33 |
17.71 |
Gemodereerde gebruikers |
3.82 |
2.78 |
8.68 |
Vaakgebruikers |
2.43 |
1.04 |
3.47 |
In deze tabel zijn de onderste twee rijen het vaakst blootgesteld aan de kans op een incident, terwijl de kans op een incident het grootst is voor de rechter kolom.
Dit impliceert dat er dus slechts een relatief kleine groep gebruikers is die risico loopt op incidenten; veruit de meeste mensen gebruiken niet veel en niet vaak. Het aantal incidenten betreft dus waarschijnlijk een kleine groep mensen - het is belangrijk om preventieactiviteiten op deze groep te richten.
Wat is een ‘incident’?
Er is niet geregistreerd wat een incident precies behelst. Een XTC-gebruiker die een klacht heeft die ongerelateerd is aan het XTC-gebruik (bijvoorbeeld een al bestaande klacht, zoals hoofdpijn; of een klacht veroorzaakt door dansen; of door alcoholgebruik; of door vermoeidheid, etc) zal dus toch onder deze meldingen vallen.
Er is wel een indirecte indicatie van of een incident zorgwekkend is: de incidenten worden in drie ‘ernstigheden’ ingedeeld. Tabel 6.6 in de Nationale Drugs Monitor 2017 (p. 182) laat deze indeling zien voor een periode van acht jaar.
In deze periode waren er in totaal 7605 incidenten (951 per jaar), zonder de SEH-LIS ziekenhuizen worden uitgesloten (deze categoriseerden incidenten niet in die drie ernstigheden). Hiervan waren er 5527 licht, 1693, en 383 ernstig. Een licht incident betekent dat iemand nog goed aanspreekbaar is; bij een matig incident beoordeeld de hulpverlener dat iemand onvoldoende aanspreekbaar is, en duidelijk onder invloed; en bij een ernstig incident is iemand niet goed aanspreekbaar omdat diegene niet meer bij bewustzijn is, geagiteerd is, of agressief is, waarbij hartslag, bloeddruk, of ademhalingsfrequentie eventueel verstoord is.
Bijna driekwart, 73 procent van de incidenten, valt in de lichtste categorie, waarbij de gebruiker dus goed aanspreekbaar is, niet duidelijk onder invloed, en waarbij geen sprake is van agitatie, agressie, of verstoorde hartslag, bloeddruk, of ademhalingsfrequentie. Gegeven de symptomen van XTC-intoxicatie is van de meldingen in deze categorie de kans laag dat ze een XTC-gerelateerd risico betreffen.
Dat betekent dat er tweeduizend (2078.19) mogelijke zorgwekkende ‘incidenten’ plaatsvonden in die acht jaar, oftewel 27 procent van de incidenten.
Van de 1275 incidentmeldingen uit 2016 betreffen naar schatting dus ongeveer 931 milde incidenten, en 344 matige en ernstige incidenten. De kans op een matig tot ernstig incident is dus 0.000109, oftewel 0.0109 procent (1 op 9140). Dit kunnen we weer toevoegen aan de tabel met gebruiksfrequenties om een beter beeld te krijgen van deze risico’s.
Ruwe gebruiksfrequenties met kansen op een matig tot ernstig incident.
1 |
305 |
22.4 |
22.4 |
0.000405 |
2468 |
0.000109 |
9140 |
2 |
294 |
21.6 |
44.0 |
0.000810 |
1234 |
0.000219 |
4570 |
3 |
196 |
14.4 |
58.4 |
0.001216 |
823 |
0.000328 |
3047 |
4 |
106 |
7.8 |
66.2 |
0.001621 |
617 |
0.000438 |
2285 |
5 |
53 |
3.9 |
70.1 |
0.002026 |
494 |
0.000547 |
1828 |
6 |
198 |
14.5 |
84.6 |
0.002431 |
411 |
0.000656 |
1523 |
7 |
17 |
1.2 |
85.9 |
0.002836 |
353 |
0.000766 |
1306 |
8 |
21 |
1.5 |
87.4 |
0.003242 |
308 |
0.000875 |
1143 |
9 |
9 |
0.7 |
88.1 |
0.003647 |
274 |
0.000985 |
1016 |
10 |
9 |
0.7 |
88.8 |
0.004052 |
247 |
0.001094 |
914 |
11 |
1 |
0.1 |
88.8 |
0.004457 |
224 |
0.001203 |
831 |
12 |
87 |
6.4 |
95.2 |
0.004863 |
206 |
0.001313 |
762 |
14 |
2 |
0.1 |
95.4 |
0.005673 |
176 |
0.001532 |
653 |
15 |
8 |
0.6 |
96.0 |
0.006078 |
165 |
0.001641 |
609 |
16 |
1 |
0.1 |
96.0 |
0.006483 |
154 |
0.001751 |
571 |
17 |
1 |
0.1 |
96.1 |
0.006889 |
145 |
0.001860 |
538 |
18 |
26 |
1.9 |
98.0 |
0.007294 |
137 |
0.001969 |
508 |
20 |
5 |
0.4 |
98.4 |
0.008104 |
123 |
0.002188 |
457 |
24 |
4 |
0.3 |
98.7 |
0.009725 |
103 |
0.002626 |
381 |
25 |
1 |
0.1 |
98.8 |
0.010130 |
99 |
0.002735 |
366 |
26 |
11 |
0.8 |
99.6 |
0.010535 |
95 |
0.002845 |
352 |
30 |
1 |
0.1 |
99.6 |
0.012156 |
82 |
0.003282 |
305 |
36 |
1 |
0.1 |
99.7 |
0.014588 |
69 |
0.003939 |
254 |
52 |
2 |
0.1 |
99.9 |
0.021071 |
47 |
0.005689 |
176 |
60 |
1 |
0.1 |
99.9 |
0.024313 |
41 |
0.006564 |
152 |
78 |
1 |
0.1 |
100.0 |
0.031606 |
32 |
0.008534 |
117 |
Total valid |
1361 |
100.0 |
|
0.000000 |
Inf |
0.000000 |
Inf |
Kans op overlijden
De registratie van drugsgerelateerde sterfgevallen is zodanig dat er geen duidelijke cijfers beschikbaar zijn. Op basis van wat de NDI rapporteert op pagina’s 186-187 lijkt de beschikbare evidentie te convergeren op ongeveer 5 sterfgevallen per jaar. Gegeven de 3.661.487 gebruiksgelegenheden per jaar is de kans op overlijden dus 5 / 3661486.924886 = 0.000001, oftewel 0.00014%, oftewel 1 op 732297, zeg 1 op 732 duizend.
Net als de kans op incidenten is de kans op overlijden per gebruiksgelegenheid onder andere een functie van de dosis MDMA die wordt gebruikt. En de kans op overlijden per gebruiker per jaar is dan bovendien weer een functie van hoe vaak diegene per jaar gebruikt.
Conclusie
Ik heb gerapporteerd wat bekend is over de kans op incidenten bij XTC-gebruikers in Nederland, gebaseerd op data uit Party Panel, de Global Drugs Survey, het Nationale Uitgaans Onderzoek, de Nationale Drugs Monitor, en data van het CBS. De data met betrekking tot frequenties van gebruik lijken relatief betrouwbaar: verschillende studies laten vergelijkbare gerapporteerde frequenties zien. De data met betrekking tot gewenste intensiteit komen alleen uit Party Panel, en de data met betrekking tot incidenten betreffen onderschattingen van het aantal incidenten, omdat niet alle hulpverlenende instellingen incidenten rapporteren.
Tegelijk komt duidelijk naar voren dat een ‘kans op een incident per gebruiker’ of een ‘kans op overlijden per gebruiker’ geen bruikbare concepten zijn. Gebruikers verschillen fors met betrekking tot gebruiksfrequentie en -intensiteit. De overgrote groep gebruikt niet vaak en niet veel, en hun risico op een incident is een fractie van dat van de kleinere groep die wel vaak en wel veel gebruikt.
Het is daarom belangrijk deze groep te bereiken met preventieactiviteiten.
Referenties
Brunt, T.M., Koeter, M.W., Niesink, R.J., and Van den Brink, W. (2012). Linking the pharmacological content of ecstasy tablets to the subjective experiences of drug users. Psychopharmacology, 220, pp. 751-762. doi:10.1007/s00213-011-2529-4
Centraal Bureau voor de Statistiek. (2018). Leefstijl en (preventief) gezondheidsonderzoek; persoonskenmerken. Retrieved from https://opendata.cbs.nl/statline/#/CBS/nl/dataset/83021NED/table?dl=13DDD
van Laar, M. W., & van Gestel, B. (2017). Nationale Drug Monitor - Jaarbericht 2017. Trimbos Instituut.
Peters, G.-J. Y., & Noijen, J. (2015). Party Panel 15.1. Celebrate Safe.